In Nederland heeft bijna een derde van de bevolking een of meer chronische ziekten

Dit komt neer op 5,3 miljoen mensen. Deze schatting is gebaseerd op een selectie van 28 chronische ziekten, gemeten in de huisartspraktijk. Chronische ziekten komen op alle leeftijden voor, maar vooral onder ouderen. Van de mensen van 65 jaar en ouder heeft 70% een chronische ziekte. Onder de 65 jaar hebben meer vrouwen dan mannen een chronische ziekte, daarboven is er relatief gezien nauwelijks verschil tussen mannen en vrouwen. In totaal zijn er meer vrouwen dan mannen met een chronische ziekte, onder andere omdat er meer oudere vrouwen zijn dan oudere mannen. Vijfendertig procent van de mensen met een chronische ziekte heeft meer dan één chronische ziekte (op basis van dezelfde selectie van 28 ziekten). Dit komt neer op 1,9 miljoen mensen ofwel 11% van de totale Nederlandse bevolking.

Natuur en biodiversiteit worden ondergeschikt gemaakt aan economische belangen

Natuur en biodiversiteit moeten vooral dienstbaar aan de economie zijn, een zuiver natuurdoel is naar de achtergrond geschoven. Dat concludeert Landschapsbeheer Nederland na bestudering van de miljoenennota 2015. Onder de post Natuur en Regio is bij het ministerie van Economische Zaken voor 2015 een bedrag van 293 miljoen euro opgenomen. Deze middelen komen maar gedeeltelijk echt ten goede aan natuur en landschap. Natuur en biodiversiteit worden in de toelichtende tekst van deze begrotingspost beschreven als dienstbaar aan de economie, onder andere in de vorm van levering van grondstoffen, wateropvang en vestigingsklimaat. Een zuiver natuurdoel is naar de achtergrond geschoven. Natuur krijgt daardoor niet de positie en waardering die nodig is, stelt Landschapsbeheer Nederland. Bovendien worden echte natuur- en biodiversiteitsdoelen en ambities op het gebied van soortenbescherming door het kabinet vooral gekoppeld aan internationale afspraken.

Chronische blootstelling aan pesticiden verhoogt kans op de longziekte COPD

Boeren en tuinders die met gewasbeschermingsmiddelen werken hebben een verhoogde kans op de longziekte COPD. Dit blijkt uit het promotieonderzoek van Kim de Jong aan de Rijksuniversiteit Groningen. Mensen die op hun werk met bestrijdingsmiddelen in aanraking komen, vertoonden de sterkste, snelste en meest consistente verslechtering van de longfunctie, zo stelt De Jong. In het onderzoek werd gekeken naar de gevolgen van beroepsmatige blootstelling aan sigarettenrook, giftige dampen, stoffen en gassen. Dit bleek te leiden tot een minder goede longfunctie en het vaker voorkomen van COPD. De Jong gebruikte voor haar onderzoek gegevens uit twee andere studies naar de gezondheid van de algemene populatie, die van LifeLines en Vlagtwedde-Vlaardingen.

Blootstelling aan pesticiden tijdens de zwangerschap verhoogt de kans op een autistisch kind

Er zijn al diverse oorzaken van autisme bekend: complicaties tijdens de zwangerschap, virale infecties en genetische afwijkingen. De jongste jaren vestigen steeds meer onderzoekers hun aandacht op de gevolgen van milieuverontreinigende middelen. Volgens The Verge bevestigt een nieuwe studie van de universiteit van Californië het verband met autisme. De Amerikaanse wetenschappers bevestigen het vermoeden dat neurotoxinen, gaande van pesticiden tot kwik en diesel, de ontwikkeling van de hersenen bij foetussen beïnvloeden. Hun studie verscheen vandaag in Environmental Health Perspectives. De onderzoekers vergeleken gegevens van het California Pesticide Use Report met de adressen van 970 kinderen die deelnemen aan een lopende studie over autisme. Ze ontdekten verbanden tussen de chemicaliën waaraan de moeders voor de conceptie en tijdens de zwangerschap werden blootgesteld en eventuele ontwikkelingsstoornissen bij hun kind. Om beïnvloeding door andere factoren uit te sluiten, hielden ze ook rekening met de inname van vitamines, socio-economische status en stofwisselingsstoornissen tijdens de zwangerschap.

Canadees advocatenbureau eist namens bijenhouders schadevergoeding van producenten neonicotinoïden

Over de schadelijke uitwerking van neonicotinoïden op bijen is inmiddels voldoende bekend. Uit diverse onderzoeken is gebleken dat deze pesticiden een belangrijke rol spelen in de wereldwijde massale bijensterfte, die imkers grote zorgen baart. In diverse landen zijn de neonicotinoïden inmiddels (deels) verboden. Maar het blijven de meest toegepaste pesticiden ter wereld, en dus gaan chemiebedrijven als Bayer CropScience en Syngenta gewoon door met de productie van de gevreesde stoffen. Daartegen is een Canadees advocatenbureau een procedure gestart. Advocatenkantoor Siskids roept zowel professionele als hobbybijenhouders en honingverwerkende bedrijven zich massaal aan te sluiten bij de eis van een schadevergoeding, die omgerekend 283 miljoen euro bedraagt. Ze willen daarmee bereiken dat Bayer CropScience en Syngenta stoppen met de productie van pesticiden die neonicotinoïden bevatten. Binnen de Europese Unie is gedurende 2 jaar de toepassing van 3 soorten neonicotinoïden uitgebannen, om te bestuderen of de bijenpopulaties positief reageren op het verdwijnen van deze gifstoffen uit het milieu.

Meer dan de helft van de Amerikaanse vogelsoorten loopt kans tegen 2050 een met uitsterven bedreigde soort te worden

Vogels hebben het al zeer moeilijk om te overleven, onder meer door vervuiling, pesticiden en krimpende leefruimte. De klimaatverandering kan daarom voor heel wat soorten de genadeklap worden, stelt de studie van de National Audubon Society in zijn jaarrapport '314 Species on the Brink'. Tussen de 314 soorten in het rapport, zijn er heel wat verrassende namen die tot nog toe niet als bedreigd werden gezien, zoals de Amerikaanse zeearend (Haliaeetus leucocephalus), het nationale symbool van de VS. Deze arend ziet zijn leefgebied in de volgende zestig jaar met maar liefst driekwart krimpen. Ook de ijsduiker (Gavia immer), symbool van de staat Minnesota, en de Baltimoretroepiaal (Icterus galbula), symbool van de staat Maryland, krijgen het moeilijk.De organisatie somt 126 soorten op die meer dan de helft van hun huidige habitat zullen verliezen tegen 2050 en geen enkele uitwijkmogelijkheid hebben. Nog eens 188 soorten verliezen de helft van hun habitat tegen 2080, maar kunnen eventueel nog migreren naar betere oorden.

Another fine mess - de weidevogels zijn zo goed als verdwenen uit de Achterhoek en Liemers

De weidevogels in Achterhoek en Liemers laten het steeds meer afweten. Dat blijkt uit navraag bij vogelaars. Als 1 van de factoren voor het verdwijnen van de populaties weidevogels zoals kievit, grutto, wulp en scholekster, wordt gewezen naar moeilijk afbreekbare insecticiden, jarenlang in gebruik geweest in met name de maisteelt en nu in de bodem en oppervlaktewater. Neonicotinoiden, zoals imidacloprid, zijn nu deels verboden, omdat de massale bijensterfte er ook aan wordt toegeschreven. Volgens de coordinator van de vrijwillige weidevogelbescherming in gemeente Bronckhorst hadden de vogelaars in dit werkgebied vroeger totaal wel 70 boeren waar ze nesten beschermden, nu nog maar 6.Ook de insectenetende vogels gaan snel in aantal terug. Volgens LTO zou een totaal verbod op neonicotinoiden de landbouw duperen, omdat andere manieren van vraatbestrijding duurder en minder effectief zijn.

Ctgb legt beperkende voorwaarden op aan gebruik metam-natrium

Het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) stelt vanaf 25 augustus beperkende voorwaarden aan het gebruik van middelen op basis van metam- natrium. Met deze nieuwe aanvullende voorwaarden wordt voldaan aan het beschermingsniveau voor omwonenden en in het bijzonder die voor kinderen. Naar aanleiding van de schorsing van 28 mei 2014 van de toelating van de metam-natrium houdende gewasbeschermingsmiddelen, heeft de toelatinghouder nieuwe wetenschappelijke informatie aangeleverd. Daarnaast heeft de toelatinghouder, vanwege een herregistratie, dezelfde informatie aangeleverd aan de Belgische toelatingsautoriteit. De beoordeling van de gegevens heeft dan ook in nauwe samenspraak met België plaatsgevonden. Hieruit blijkt dat de betreffende middelen veilig kunnen worden gebruikt met aanvullende, strikte voorwaarden; namelijk: Een onbehandelde bufferzone van 150 meter tussen behandeld perceel en de kadastrale grens van woningen en overige verblijfsplaatsen waar mensen langere tijd verblijven, zoals winkels, scholen, bedrijven en kantoren; Afdekking van het perceel direct na behandeling voor minstens 14 dagen met virtually impermeable film (VIF); Inbrengen op tenminste 20 centimeter diepte; Maximaal te behandelen areaal van 1 hectare, met minimaal 150 meter afstand tussen behandelde velden.

Tussen 2003 en 2010 is het aantal duurzame boeren in de EU vertienvoudigd

Elk jaar komen er 500.000 hectaren bij aan nieuwe biologische landbouwgrond. Dat blijkt uit de meest recente statistieken van de EU. Zowel het aantal biologische boerenbedrijven als het landbouwareaal groeide met meer dan 50 procent tussen 2003 en 2010. In 2011 had de EU 9,6 miljoen hectaren biologische landbouwgrond. In 2010 waren er 186.000 duurzame boerenbedrijven verdeeld over de 27 EU-landen. Biologische landbouw is gedefinieerd als voedselproductie met een minimale impact op het milieu door zo natuurlijk als mogelijk te opereren. De EU heeft diverse standaarden hiervoor die het gebruik van chemicaliën, pesticiden, kunstmest en medicijnen voor dieren reguleren. Genetisch gemodificeerde organismen mogen niet gebruikt worden in biologische landbouw.

Michiel van Geelen (Greenpeace): Imidacloprid debacle toont symptomen van falend beleid

Onlangs verscheen de zoveelste studie waaruit blijkt dat het gebruik van toegelaten, en dus veilig bevonden, bestrijdingsmiddelen toch schadelijke effecten heeft. Al in 2010 ontdekte de Nederlandse toxicoloog Henk Tennekes dat neonicotinoïden zoals het veel gebruikte imidacloprid bij langere blootstelling letale effecten kunnen veroorzaken bij lage concentraties. Hij waarschuwt sindsdien voor de ernstige achteruitgang van vele soorten insecten en andere ongewervelden en de indirecte effecten hiervan op andere diersoorten. De voorspellingen van Tennekes werden bevestigd door een mei vorig jaar verschenen studie van de Universiteit van Utrecht, waaruit een sterk verband bleek tussen de normoverschrijding van imidacloprid in het oppervlaktewater en de verminderde aanwezigheid van aquatische insecten zoals libellen, waterjuffers en eendagsvliegen. Het meest recente onderzoek werd uitgevoerd door de Radboud universiteit en gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Nature, en liet een sterke correlatie zien tussen de concentratie imidacloprid in oppervlaktewater en de achteruitgang van de vogelstand. Volgens Greenpeace gaat het hierbij niet om incidenten maar om symptomen van een falend toelatingsbeleid. Keer op keer blijkt men de risico’s van pesticiden voor mens en natuur te onderschatten, terwijl het risicobeperkende effect van steeds complexere gebruiksvoorschriften juist wordt overschat. Dit wijst op structurele tekortkomingen van de huidige procedures voor risicoanalyse en toelating van bestrijdingsmiddelen.