11 Bestrijdingsmiddelen kwamen in 2011 normoverschrijdend voor in het beheersgebied van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier

Het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier is verantwoordelijk voor de kwaliteit van het oppervlaktewater in haar beheersgebied. In het onderzoek over 2011 zijn ruim honderd gewasbeschermingsmiddelen gemeten. Voor elk van deze middelen is er reden om aan te nemen dat ze mogelijk een probleem vormen in het gebied van Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier. 44 bestrijdingsmiddelen zijn in 2011 aangetroffen. In Purmerend werden de minste stoffen (12) aangetroffen, in de Anna Paulownapolder de meeste (27). 11 van de onderzochte stoffen overschreden de geldende norm (Methyl-pirimifos, Fenoxycarb, Carbendazim, Imidacloprid, Dinoterb, Pirimicarb, Iprodion, Spinosad, Pyraclostrobine, Aldicarbsulfoxide, Diazinon). Twee van deze normoverschrijdende gewasbeschermingsmiddelen (Dinoterb en Diazinon) zijn in Nederland niet toegelaten.

De meeste overschrijdingen vonden plaats in bollengebieden en in het stedelijk gebied van Beverwijk. Uit een recent RIVM rapport (bijlage) blijkt dat in de bollenteelt de hoeveelheid imidacloprid die in het oppervlaktewater terecht komt vooral bepaald wordt door drainage (ontwatering). Drainage is strikt noodzakelijk omdat een constant grondwaterpeil voor bollenteelt (bijvoorbeeld tulpen) zeer belangrijk is. De verantwoordelijkheid voor oppervlaktewaterverontreiniging met imidacloprid door de bollenteelt kan dus niet op de bollenboeren worden afgeschoven.
Bron: Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, 23 maart 2012
http://www.hhnk.nl/actueel/nieuws/@226000/pagina/?mode=feedback_show

De zogenaamde ADIs (acceptable daily intake), d.w.z. de toelaatbare hoeveelheid die iedere dag door mensen mag worden opgenomen, voor de normoverschrijdende gewasbeschermingsmiddelen zijn:
- Methyl-pirimifos: 4 microgram per kg lichaamsgewicht;
- Fenoxycarb: 53 microgram per kg lichaamsgewicht;
- Carbendazim: 20 microgram per kg lichaamsgewicht;
- Imidacloprid: 60 microgram per kg lichaamsgewicht;
- Dinoterb: niet toegelaten (illegaal gebruik);
- Pirimicarb: 35 microgram per kg lichaamsgewicht;
- Iprodion: 60 microgram per kg lichaamsgewicht;
- Spinosad: geen gegevens beschikbaar;
- Pyraclostrobine: 30 microgram per kg lichaamsgewicht;
- Aldicarbsulfoxide: 3 microgram per kg lichaamsgewicht;
- Diazinon: 0,2 microgam per kg lichaamsgewicht, niet toegelaten (illegaal gebruik).

Bron: IUPAC Pesticide Properties Database
http://sitem.herts.ac.uk/aeru/iupac/212.htm
Bestrijdingsmiddelen worden veelvuldig gebruikt in de bollenteelt voor het ontsmetten van de bodem voor het planten en de bollen zelf, grondbehandeling en bespuitingen van het gewas (met fungiciden, herbiciden en insecticiden), en behandeling van bollen (met insecticiden) tijdens de opslag. De verschillende emissieroutes waarlangs bestrijdingsmiddelen in de bollenteelt in het oppervlaktewater terecht kunnen komen zijn drift, uitspoeling en drainage, lozingen van het erf en afspoeling.
- Drift is de hoeveelheid spuitvloeistof die tijdens bespuiting naar het oppervlaktewater verwaait.
- Uitspoeling ontstaat wanneer een deel van het toegepaste bestrijdingsmiddel onder invloed van neerslagoverschot door het bodemprofiel naar het oppervlakte water wordt getransporteerd. De bollenteelt concentreert zich in Nederland op een strook zandgrond van Den Helder tot Wassenaar. Zandgrond is zeer kwetsbaar voor uitspoeling en imidacloprid is relatief goed oplosbaar in water. Imidacloprid formuleringen spoelen gemakkelijk uit.
- Drainage of ontwatering is het afvoeren van water uit de bodem over en door de grond, met als gevolg het verlagen van het grondwaterpeil. Hierbij kan het water worden afgevoerd via drains, kleine sloten of greppels. Via deze waterafvoermiddelen stroomt het water naar grotere watergangen, die de functie van afwatering hebben. Om land- en akkerbouw mogelijk te maken in Nederland is drainage noodzakelijk om ervoor te zorgen dat de bodem droog (en dus stevig) genoeg is om de landbouwmachines te dragen. Daarnaast is het voor sommige gewassen van belang dat het grondwaterpeil constant is. Vooral voor bollenteelt (bijvoorbeeld tulpen) en fruitteelt is een constant grondwaterpeil belangrijk. Uit een recent RIVM rapport blijkt dat de hoeveelheid imidacloprid die via drift in het oppervlaktewater terecht komt is veel lager is dan de hoeveelheid via drains, globaal twee orden van grootte verschil.
- Emissies van het erf worden veroorzaakt door allerlei activiteiten die daar plaats vinden: ontsmetten (door lekken of morsen van ontsmettingsmiddel uit ontsmettingsbad), het te kort laten uitdruipen van de bollen waardoor tijdens het vervoer bestrijdings middel van de bollen druipt en af kan spoelen naar het oppervlaktewater, etc.
- Afspoeling treedt op als een stof direct van het perceel afvloeit naar het oppervlaktewater.

Bronnen:
A. Barendrecht et al., Bestrijdingsmiddelen in de bollenteelt; de effecten op de waterkwaliteit in Noord-Holland Noord. H2O # 23 2002
http://mk.geog.uu.nl/homepages/aat/plaatjes-pdf/h2o-bollen.pdf

Informatie over uitspoeling van bestrijdingsmiddelen in de bollenteelt op zandgrond:
http://www.bijensterfte.nl/nl/node/118

Informatie over de uitspoeling van verschillende imidacloprid formuleringen:
http://www.bijensterfte.nl/nl/node/111
Evaluatie van de nota Duurzame gewasbescherming, Deelrapport Milieu, RIVM Rapport 607059001/2012 (bijlage)
Wikipedia
http://nl.wikipedia.org/wiki/Drainage