Het nieuwste wondermiddel voor onkruidbestrijding wordt toegelaten in Nederland

Het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) wil besluiten tot toelating van het middel Bonalan van Dow Agro. Het gaat om een gewasbeschermingsmiddel op basis van een werkzame stof die niet eerder in Nederland is toegelaten. Voordat het college kan besluiten tot toelating, moet ontwerpbesluit twee weken ter inzage te liggen. Van deze terinzagelegging is op 13 januari mededeling gedaan. Bonalan is een middel op basis van de werkzame stof benfluralin. De toelating voor het middel is aangevraagd als onkruidbestrijdingsmiddel in de teelt van peulvruchten, voor ensilageteelt van veldboon, voor de pennenteelt van witlof, cichorei, de onbedekte teelt van sla, andijvie, boon met peul, boon zonder peul, erwt met peul, erwt zonder peul en schorseneer. Benfluralin is niet eerder in Nederland in een gewasbeschermingsmiddel toegelaten; vandaar dat de zienswijzeprocedure van toepassing is.

Eerst de bijen verdelgen met gif en nu is er een tekort aan bijen

De mens heeft daar danig aan bijgedragen door het gebruik van giftige bestrijdingsmiddelen. Daarvan zijn er nu enkele verboden voor particulieren, maar het kwaad is al geschied. Bijen zijn nodig om gewassen te bestuiven. En ondanks dat het aantal bijenkoloniën van 22.5 miljoen naar 24.1 miljoen is gestegen, zijn het er niet genoeg. Een andere oorzaak: de opkomst van biodiesel. Biodiesel wordt gemaakt uit koolzaad en sojabonen dat nu op talloze velden in Europa groeit. Koolzaad en sojabonen zijn afhankelijk van de bijen die ze bestuiven. Volgens onderzoekers is het aantal te bestuiven gewassen 4.9 keer zo snel gestegen als het aantal bijen. En er wordt om nog veel meer biodiesel gevraagd. In Europa is de afspraak gemaakt dat in 2020 minstens 10% van het totale energieverbruik uit hernieuwbare bronnen komt.

De neonicotinoiden veroorzaken met de uitroeiing van de geleedpotigen een breuk in de voedselketen en vernietigen de 'web of life'

In minder dan 20 jaar zijn de neonicotinoiden wereldwijd uitgegroeid tot de meest gebruikte insecticiden met een marktaandeel van meer dan 25%. Dat deze stoffen ook de meest gevaarlijke insecticiden zijn die ooit op de markt zijn gekomen, begint velen zo langzamerhand te dagen. Neonicotinoiden verontreinigen het milieu overal daar waar ze gebruikt worden, zoals bijvoorbeeld is aangetoond in het Westen van Nederland, op de Southern High Plains van Texas, in de Central Valley van Californië, en op de uitgestrekte Canadese prairies. De stoffen worden maar langzaam afgebroken, en hebben halfwaardetijden die op sommige bodems kunnen oplopen tot bijna 20 jaar, en ze zijn bovendien uitzonderlijk giftig voor geleedpotige dieren, vooral op langere termijn. Zo is een scenario voor een milieu catastrofe ontstaan zoals de Amerikaanse biologe Rachel Carson heeft beschreven in haar boek Silent Spring ('dode lente'). Sinds 2009 verzamelt de toxicoloog Henk Tennekes op deze website gegevens over geleedpotigen (bijen, hommels, vlinders, en vele andere soorten) en dieren die van geleedpotigen afhankelijk zijn (vogels, vissen, amfibieën, reptielen en zoogdieren). Na vijf jaar verzamelen van gegevens maakt de website het overduidelijk dat het bar slecht gaat met deze soorten en ze met uitsterven worden bedreigd. Als niet op korte termijn wordt ingegrepen met een verbod op alle toepassingen van de neonicotinoiden, zal een ineenstorting van het ecosysteem onvermijdelijk worden, waardoor vrijwel alle levensvormen met uitsterven worden bedreigd.

EkoPlaza is het duurzaamste merk van Nederland voor het tweede jaar op een rij

EkoPlaza directeur Erik Does mocht onlangs voor het tweede jaar op een rij de award voor Duurzaamste Merk van Nederland in ontvangst nemen. Deze verkiezing is een initiatief van AllesDuurzaam.nl waarbij een vakjury de winnaar kiest uit een door consumenten geselecteerde merken Top 10. De award is voor EkoPlaza een blijk van waardering van de consument voor eerlijke prijzen en het brede assortiment. De kwaliteit van de producten staat voorop, en daar wil de consument een eerlijke prijs voor betalen. Ook al is dat een hogere prijs dan men in de reguliere supermarkt betaalt, zoals blijkt uit een onderzoek dat de Consumentenbond onlangs publiceerde.

Japanse diepvriesproducten besmet met malathion. Honderden mensen melden vergiftigingsverschijnselen

Een partij diepvriesproducten in Japan is besmet met het bestrijdingsmiddel malathion. De afgelopen weken hebben zich honderden mensen door het hele land gemeld met vergiftigingsverschijnselen. De besmetting werd eind december vastgesteld bij een aantal artikelen van Aqlifoods, een dochterbedrijf van het Japanse voedingsconcern Maruha Nichiro Holdings. Consumenten hadden aanvankelijk contact opgenomen met Aqlifoods na het ruiken van een vreemde geur. De besmette eetwaren, waaronder pizza's, zijn afkomstig uit een fabriek ten noordwesten van de hoofdstad Tokio. Van de in totaal 6,4 miljoen artikelen die werden teruggeroepen, waren er dit weekeinde 1,1 miljoen achterhaald. Bijna een half miljoen verontruste consumenten namen tot dusverre contact op met het bedrijf. Ziek geworden klanten die zich bij de dokter meldden, hadden last van onder meer diarree en braken.

De ecologische ramp met de neonicotinoiden die Henk Tennekes voor Nederland beschreef, wordt nu bevestigd op de Canadese prairies

Een biologe van de Universiteit van Saskatchewan zegt dat veel wetlands over de prairies zijn besmet met een pesticide dat het ecosysteem bedreigt. Christy Morrissey zegt dat in de afgelopen jaren neonicotinoïden steeds vaker gebruikt zijn op gewassen in West-Canada en deze stoffen de wetlands verontreinigen, die potentieel een verwoestende "domino-effect" kunnen hebben op insecten en de vogels die daarvan afhankelijk zijn. Morrissey is net een jaar en een half bezig met een studie van vier jaar, maar ze is geschrokken van de bevindingen. "Dit is heel ernstig", zei Morrissey. "De impact op biodiversiteit kan waarschijnlijk groter zijn dan we ooit eerder hebben gezien als we in dit tempo doorgaan."

De hele gemeenschap van de bestuivende insecten kan plotseling ineenstorten met weinig hoop op herstel, stellen Wageningse onderzoekers

Wereldwijd hebben bestuivers het moeilijk. Insecticiden, parasieten, ziekten en verlies van leefgebied zitten de bestuivers in de weg. En ze hebben steeds meer moeite om te overleven. En wanneer hun omstandigheden verder verslechteren, ziet het er niet best uit, zo stellen Wageningse onderzoekers. Het kan wel eens leiden tot het uitsterven van heel veel soorten. Stel dat de omstandigheden van de bestuivers nog verder verslechteren: welke gevolgen heeft dat dan? Onderzoekers van de Wageningen University zochten het met behulp van wiskundige modellen uit. Ze tonen aan dat de toekomst van de bestuivers mede bepaald wordt door de manier waarop interactienetwerken in elkaar zitten. De structuur van deze netwerken zorgt ervoor dat bestuivers elkaar in moeilijke tijden ondersteunen. Het betekent tegelijkertijd dat soorten in één gebied in moeilijke tijden sterk van elkaar afhankelijk zijn. Wanneer de omstandigheden echt heel slecht worden, bestaat dus het gevaar dat de hele gemeenschap van bestuivers – denk aan bijen, vlinders, zweefvliegen, hommels, enzovoort – instort. En het is bijzonder lastig om zo’n ingestorte gemeenschap weer te herstellen. Daarvoor moeten de omstandigheden van deze soorten namelijk heel sterk verbeteren: nog sterker dan deze verslechterd zijn.

Redelijk alledaagse vogels als de spreeuw of scholekster kunnen binnen afzienbare tijd grotendeels uit Nederland zijn verdwenen

Nog 20 andere vogelsoorten die nu nog niet op de Nederlandse Rode Lijst staan, zullen volgen. Deze schokkende nieuwe cijfers zijn naar boven gekomen dankzij een nieuwe onderzoeksmethode die Vogelbescherming samen met Sovon Vogelonderzoek heeft ontwikkeld: het Early Warning en Alert Protocol (EWAP). Met behulp van het EWAP heeft Vogelbescherming Nederland de Oranje Lijst opgesteld. Daarop staan 22 soorten die nog niet aan de criteria van de Rode Lijst voldoen maar waarvan wordt aangenomen dat ze dat in de nabije toekomst wel zullen gaan doen. Het stoplicht staat voor deze vogels zeg maar op oranje. Het EWAP geeft een zorgwekkend signaal. Tussen de 22 soorten die op de Oranje Lijst staan, zitten ook veel doodgewone soorten als grote lijster (Turdus viscivorus), spreeuw (Sturnus vulgaris), kokmeeuw (Chroicocephalus ridibundus), scholekster (Haematopus ostralegus), torenvalk (Falco tinnunculus) of waterhoen (Gallinula chloropus). Soorten die we nu nog elke dag overal tegenkomen. Als we niet snel actie ondernemen zullen zelfs heel algemene vogels als scholekster en spreeuw straks een zeldzaamheid zijn.

De waterhoentjes worden steeds schaarser in Nederland

Vanaf december 2012 tot de zomer van 2015 wordt in het kader van een atlasproject de vogelstand in Nederland opnieuw in kaart gebracht. Het onderzoek toont nu al af en toe opvallende trends. Zo lijkt het helemaal niet zo goed te gaan met het waterhoen, toch een van de algemenere vogels van ons land en een soort die je zelfs in veel sloten en stadsvijvers aantreft. Veel tellers bleken desondanks opvallend veel moeite te hebben om waterhoentjes te vinden. De structurele achteruitgang van het waterhoen (Gallinula chloropus) tekent zich al sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw af. Het waterhoen voedt zich met waterplanten, grassen, insecten en kikkervisjes.

De unieke Cerrado wordt het kind van de rekening van Braziliaanse sojaproductie

De Europese Unie importeert jaarlijks 39 miljoen ton soja, waarvan 20 miljoen ton uit Brazilië. Steeds vaker komt deze soja uit de Braziliaanse Cerrado, een ecosysteem van twee miljoen vierkante kilometer met een biodiversiteit die deze van het Amazonegebied evenaart. Cerrado en Caatinga vormen 1/3 van het nationaal territorium van Brazilië. Deze twee natuursystemen zijn onmisbare ecologische schakels in het land. De ontbossing in de Cerrado is vandaag twee keer groter dan in het Amazonegebied. De belangrijkste rivieren van Brazilië ontspringen in de Cerrado. Het ondergrondse waterreservoir Guarani is voor de aanvoer van water afhankelijk van gebieden in de Cerrado. De regen en de rivieren in centraal-Brazilië zijn cruciaal voor de energievoorziening. Ongeveer 95 % van de Brazilianen zijn hiervan afhankelijk. Nergens ter wereld vinden we dergelijke natuursystemen met zo’n hoge biodiversiteit. De plaatselijke bevolking kan een gezonde economie uitbouwen op basis van de honderden soorten vruchten uit de regio. In de Cerrado overleven veel soorten die bedreigd zijn door de vernietiging van het Atlantisch Woud. Als de Cerrado en de Caatinga ten ondergaan, dan zijn de andere ecosystemen ook bedreigd.