De bestuivingscrisis in de natuur: de wederzijdse afhankelijkheid van bijen en planten zorgt voor een neerwaartse spiraal die wordt bevorderd door milieuverontreiniging met imidacloprid

Naast de honingbij komen er in Nederland nog zo'n 340 andere bijensoorten voor. Ook hommels behoren tot de bijen. Niet elke bijensoort zoekt voedsel op dezelfde bloemen. Zo zijn er bijen die uitsluitend stuifmeel verzamelen op gele composieten. Andere hebben zich nog sterker gespecialiseerd en voeden hun larven uitsluitend met het stuifmeel van klavers, klokjes of zeeaster. Deze sterke relatie met bepaalde bloemen maakt bijen extra kwetsbaar: uit recent onderzoek blijkt dat bijen sterk te lijden hebben onder de verarming van de Nederlandse flora. Vice versa blijkt ook dat de planten die voor hun bestuiving op bijen zijn aangewezen, te lijden hebben onder de verarming van de Nederlandse bijenfauna. De wederzijdse afhankelijkheid zorgt voor een neerwaartse spiraal. Deze neerwaartse spiraal wordt de laatste jaren bevorderd door het sterk toegenomen gebruik van het neonicotinoide insecticide imidacloprid in de land- en tuinbouw. Vrijwel iedere toepassing van imidacloprid in Nederland veroorzaakt grond- en oppervlaktewaterverontreiniging waardoor wilde planten (en daarmee ook niet-doelwit insecten zoals bijen) ongewild worden vergiftigd met imidacloprid. Op 29-03-2012 werd het causale verband tussen bijensterfte en neonicotinoide bestrijdingsmiddelen in twee artikelen in het tijdschrift Science onweerlegbaar bewezen.

Franse wetenschappers onderzochten het effect van thiamethoxam op het vlieggedrag van bijen. Thiamethoxam behoort tot de groep van de neonicotinoiden. De onderzoekers rustten twee groepen bijen uit met een zendertje en stelden één daarvan bloot aan een realistische dosis van het insecticide. Ze stelden vast dat de dieren die met het insecticide in contact waren gekomen, een twee tot drie keer grotere kans hadden om niet naar de kolonie terug te keren. Dat kan er volgens de onderzoekers toe leiden dat het aantal dieren in een kolonie in die mate afneemt, dat herstel moeilijk is en de kans op het instorten van de kolonie vergroot. Britse onderzoekers gingen na wat de impact is van imidacloprid - een van de vaakste gebruikte neonicotinoiden - op hommels. Ze stelden de dieren bloot aan dosissen waarmee ze ook in het wild in aanraking komen en bestudeerden de kolonies. Die bleken op het einde van het experiment minder te wegen dan controlekolonies. Ze bevatten ook minder koninginnen, die na de winter nieuwe kolonies stichten.
Maar liefst 188 bijensoorten staan op de Nederlandse Rode Lijst. Dit is 57% van de uit Nederland bekende soorten. Hiervan zijn er 35 verdwenen (niet waargenomen sinds 1970), 31 ernstig bedreigd, 52 bedreigd, 53 kwetsbaar en 17 gevoelig. Sinds 1950 zijn bijna 500 van de 1536 autochtone wilde plantensoorten in Nederland in aantal achteruit gegaan en zijn er meer dan 40 uitgestorven. Op de Nederlandse Rode lijst voor planten (van 2004) staan 499 soorten. Dit zijn plantensoorten die in Nederland met uitsterving bedreigd worden en/of beschermd zijn.
Bronnen:
Naturalis
http://www.repository.naturalis.nl/document/95270
Wikipedia, Nederlandse Rode Lijst (planten)
http://nl.wikipedia.org/wiki/Nederlandse_Rode_Lijst_(planten)
EOS magazine, 30 maart 2012
http://www.eosmagazine.eu/home/ctl/Detail/mid/485/xmid/4831/xmfid/12.as…

Lijst van uitgestorven planten:
http://nl.wikipedia.org/wiki/Lijst_van_uitgestorven_planten